Hartslagzones
Net zoals je rusthartslag en maximale hartslag zijn de limieten van je hartslagzone persoonlijk. Dit is waarom ze doorgaans uitgedrukt worden in percentages van je maximale hartslag.
Hartslagzone 1 – Zeer licht 50-60% van de maximale hartslag
Trainen in zone 1 verbetert je algemene gezondheid en helpt je om te herstellen van meer intense training.
Hoe voelt het?
Het voelt erg gemakkelijk. Je zou wel uren kunnen doorgaan.
Hartslagzone 2 – Licht 60-70% van de maximale hartslag
Trainen in zone 2 bevordert je algemene uithoudingsvermogen: het verbetert het vermogen van je lichaam om vet als energiebron te gebruiken, met andere woorden: om vet te verbranden.
Hoe voelt het?
Het voelt nog altijd comfortabel en gemakkelijk. Je zou wel uren kunnen doorgaan.
Hartslagzone 3 – Matig: 70-80% van de maximale hartslag
Trainen in zone 3 verbetert je aerobe conditie. In zone 3 begint zich melkzuur op te hopen in je bloedbaan, maar je lichaam kan het opnieuw gebruiken als energie, waardoor dit geen effect heeft op je prestaties.
Hoe voelt het?
Je begint dieper te ademen en voelt een matige inspanning.
Hartslagzone 4 – Zwaar: 80-90% van de maximale hartslag
Trainen in zone 4 verbetert je uithoudingsvermogen qua snelheid en je lichaam gebruikt meer koolhydraten als bron van energie. Je lichaam kan ook beter omgaan met hogere hoeveelheden melkzuur in je bloed.
Hoe voelt het?
Je spieren voelen vermoeid aan en je ademt zwaar.
Hartslagzone 5 – Zeer zwaar: 90-100% van de maximale hartslag
Trainen in zone 5 verbetert je topprestaties. Er hoopt zich heel veel melkzuur op en je zult niet meer lang door kunnen trainen.
Hoe voelt het?
Zeer vermoeiend voor zowel je spieren als je ademhaling.
Hartslagzones in verschillende sporten
Afhankelijk van de beoefende sport is er een zekere schommeling in hartslagzones. Wanneer mensen bijvoorbeeld met dezelfde intensiteit fietsen of hardlopen, dan is de hartslag van de fietser 5 tot 10 slagen trager dan die van de hardloper. Dit komt omdat de fietser zijn eigen lichaamsgewicht niet hoeft te ondersteunen en zijn spieren het merendeel van de beschikbare zuurstof kunnen gebruiken voor de voorwaartse beweging. Verder is het aantal spiergroepen dat je tijdens het fietsen gebruikt kleiner. Tijdens het zwemmen is de hartslag nog lager, gewoonlijk zo'n 5 hartslagen lager dan bij het fietsen.